boomtomaat
Nederlands
Woordafbreking
- boom·to·maat
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van boom en tomaat
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boomtomaat | boomtomaten |
verkleinwoord | boomtomaatje | boomtomaatjes |
Zelfstandig naamwoord
boomtomaat v / m
- (plantkunde) (voeding) Cyphomandra betacea
Solanum betaceum struik die tot zeven meter hoog kan worden die in subtropische gebieden groeit
- van onze boomtomaten kun je heerlijke tomatensoep maken
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'boomtomaat' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.