bloedarmoede

Nederlands

bloedarmoede: rode bloedcellen met weinig haemoglobine
Uitspraak
Woordafbreking
  • bloed·ar·moe·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bloedarmoede
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

bloedarmoede v/m

  1. (medisch) situatie waarbij er een minder dan normaal aantal rode bloedcellen in het bloed zitten
    • - Na de maagbloeding had de patiënt een flinke bloedarmoede. 
    • - In Nederland bestaat de topvijf van die kwalen (die de meeste last veroorzaken) uit rugpijn, nekpijn, angststoornissen, migraine en depressie. Wereldwijd staat rugpijn op de eerste plaats. Rugpijn is zowel een ziekte van mensen die zware en vaak eentonige lichaamsarbeid doe als van mensen die hun werk grotendeels zittend doen. Depressie staat op plaats twee van de wereldlijst, gevolgd door bloedarmoede (door ijzergebrek), nekpijn en gehoorverlies.[1] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bloedarmoede staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. NRC 8 juni 2015
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.