bijkeuken
Nederlands
Woordafbreking
- bij·keu·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bij en keuken
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bijkeuken | bijkeukens |
verkleinwoord | bijkeukentje | bijkeukentjes |
Zelfstandig naamwoord
bijkeuken v/m
- een vertrek aangebouwd aan de eigenlijke keuken dat voor ondersteunende huishoudelijke handelingen gebruikt wordt
- Wij hebben in de bijkeuken de wasmachine, de droger, de afwasmachine en de vriezer staan, ook staat er nog een voorraadkast.
Vertalingen
1. een vertrek aangebouwd aan de eigenlijke keuken dat voor ondersteunende huishoudelijke handelingen gebruikt wordt
Gangbaarheid
- Het woord bijkeuken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bijkeuken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.