bierkan
Nederlands
![](../I/m/De_oude_drinker_Rijksmuseum_SK-A-250.jpeg)
Oude man met bierkan en goudse pijp
Woordafbreking
- bier·kan
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bier zn en kan zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bierkan | bierkannen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
bierkan v/m [1]
- een bierglas met handvat en soms ook een deksel
- De beroemde toast Éen toast op de gezelligheid', die regelmatig wordt uitgesproken en altijd gecombineerd wordt met een flinke teug uit de bierkan, komt niet uit Beieren. De speech is geschreven door de muzikant Bernhard Dittrich uit Chemnitz in Saksen.[2]
- Burgemeester Koelewijn breekt het ijs door te wijzen op een bierkan die tot de rand toe is gevuld met dopjes van bierflesjes. "Jullie verzamelen zo te zien dopjes?" "Ja", bevestigt Niels. "Hier in de buurt wordt een oudijzeractie gehouden en alle kleine beetjes helpen, nietwaar?"[3]
Gangbaarheid
- Het woord bierkan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bierkan' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Telegraaf 23 sep. 2013 'Fun facts'over het Oktoberfest
- Tubantia 17-OKTOBER-2008 Hoog bezoek in de keet
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.