bezembinder

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·zem·bin·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bezembinder bezembinders
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

bezembinder m [1]

  1. (beroep) iemand die (straat)bezems maakt

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord bezembinder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.