bewaarder

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·waar·der
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van bewaren met het achtervoegsel -der
enkelvoud meervoud
naamwoord bewaarder bewaarders
verkleinwoord bewaardertje bewaardertjes

Zelfstandig naamwoord

bewaarder m

  1. een persoon die niets kan weggooien
    • Mijn moeder is een echte bewaarder. 
  1. (beroep) een persoon die ervoor zorgt dat gevangenen niet kunnen ontsnappen
    • De bewaarder zorgde ervoor dat het slot goed vast zat. 
  1. beschermer, hoeder
    • Jij bent de bewaarder en de bezitter van de letters in het kistje. [1] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bewaarder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Herzen, Frank De zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 17
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.