betrekkelijk
Nederlands
Woordafbreking
- be·trek·ke·lijk
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘in verband staande met’ voor het eerst aangetroffen in 1667 [1]
- Naamwoord van handeling van betrekken met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | betrekkelijk | betrekkelijker | betrekkelijkst |
verbogen | betrekkelijke | betrekkelijkere | betrekkelijkste |
partitief | betrekkelijks | betrekkelijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
betrekkelijk
- enkel waarde of betekenis hebbend in vergelijking met iets anders, relatief
- Dat vind ik een betrekkelijk begrip.
Gangbaarheid
- Het woord betrekkelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'betrekkelijk' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.