bergbeklimmen
Nederlands
![](../I/m/Top_roping_in_black_forest_6.jpg)
bergbeklimmen met touwen
Woordafbreking
- berg·be·klim·men
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van berg zn en beklimmen ww
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bergbeklimmen | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
bergbeklimmen o [1]
- (sport) het beklimmen van bergen als sport of liefhebberij
- Gevreesd wordt dat de nog steeds niet gevonden Pool op de ruim 8100 meter hoge berg het leven heeft gelaten, aldus Karrar Haidri van de Pakistaanse vereniging van bergbeklimmers.[2]
- Mensen die de Mount Everest en andere hoge bergen in Nepal willen beklimmen, mogen voortaan niet meer in hun eentje naar boven. Nepal heeft daartoe besloten om het aantal ongevallen onder bergbeklimmers te verminderen. Sinds 1920 zijn zeker tweehonderd mensen op de Mount Everest overleden.[3]
Gangbaarheid
- Het woord bergbeklimmen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bergbeklimmen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Telegraaf 28 jan. 2018
- de Telegraaf 30 dec. 2017
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.