belijdenis

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·lij·de·nis
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘getuigenis omtrent zijn geloof’ voor het eerst aangetroffen in 1637 [1]
  • Naamwoord van handeling van belijden met het achtervoegsel -enis [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord belijdenis belijdenissen
verkleinwoord belijdenisje belijdenisjes

Zelfstandig naamwoord

belijdenis v

  1. het afleggen van een verklaring om een bepaald geloof aan te hangen
    • Bij de protestanten moet je bij de belijdenis zeggen dat je God gelooft en dat je bij de kerk wil horen. 
Verwante begrippen
  • messiasbelijdenis
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord belijdenis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.