beklagen
Nederlands
Woordafbreking
- be·kla·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
beklagen |
beklaagde bekloeg |
beklaagd |
klasse 6
zwak -d |
volledig |
Werkwoord
beklagen
- wederkerend zich ~: ontevredenheid uiten, klachten indienen
- Ik beklaag me al jaren over die slechte service.
- overgankelijk iemands leed bejammeren
- Zijn lot werd door zijn gehele familie en vriendenkring beklaagd.
Vertalingen
1. ontevredenheid uiten, klachten indienen
2. iemands leed bejammeren
Gangbaarheid
- Het woord beklagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'beklagen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.