bedrijfsraad
Nederlands
Woordafbreking
- be·drijfs·raad
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bedrijf en raad met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bedrijfsraad | bedrijfsraden |
verkleinwoord | bedrijfsraadje | bedrijfsraadjes |
Zelfstandig naamwoord
bedrijfsraad m [1]
- (economie), (juridisch) overlegorgaan van werkgevers en werknemers uit een bepaalde bedrijfstak voor bemiddeling bij geschillen en regeling van collectieve arbeidsovereenkomsten
- De bedrijfsraad regelt zijn samenstelling, taak en werkwijze bij reglement hetwelk de goedkeuring van de MTB behoeft.[2]
- (economie), (juridisch) college, samengesteld uit werknemers en bedrijfsleiding, voor het behartigen van de bedrijfsbelangen
- Arbeidsdirecteurs hebben meestal de loonsystemen onder hun bevoegdheid. Ook de bedrijfsraad heeft hier medezeggenschap.[3]
Gangbaarheid
- Het woord bedrijfsraad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Staatscourant, officielebekendmakingen.nl, 25-09-2001
- KRONIEK WET VAN 8 APRIL 1971 TOT ORGANISATIE VAN EEN GERECHTELIJKE STAGE, law.kuleuven.be
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.