baanvak

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • baan·vak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord baanvak baanvakken
verkleinwoord baanvakje baanvakjes

Zelfstandig naamwoord

baanvak o

  1. (spoorwegen) een stuk spoor tussen twee punten, traject
    • Dit baanvak is gesloten voor reparatiewerkzaamheden. 
Hyponiemen
  • overlaatbaanvak
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord baanvak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.