arrestant

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ar·res·tant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord arrestant arrestanten
verkleinwoord arrestantje arrestantjes

Zelfstandig naamwoord

arrestant m

  1. iemand die in hechtenis is genomen door de politie
    • De arrestant wordt 'verdachte' genoemd totdat bewezen is dat hij de moord gepleegd heeft.  [2]
  1. (juridisch) iemand die krachtens een bevelschrift of vonnis op iemands goederen beslag legt
Afgeleide begrippen
  • arrestantenbus, arrestantenhok, arrestantenkamer, arrestantenlokaal, arrestantenwagen, arrestantenzorg
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord arrestant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.