argumentar

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • ar·gu·men·tar

Werkwoord

argumentar

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
argumentar
argumentaba
argumentado
volledig
  1. onovergankelijk argumenteren (argumenten aanvoeren)
  2. overgankelijk argumenteren, betogen, weerleggen
  3. afleiden, deduceren, bewijzen
  4. aangeven, aantonen
Synoniemen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.