areaal

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • are·aal
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het me Latijn, in de betekenis van ‘gebied’ voor het eerst aangetroffen in 1918 [1]
  • uit het Latijn [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord areaal arealen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

areaal o [3]

  1. gebied, oppervlakte
Verwante begrippen
  • verspreidingsgebied
Hyponiemen
  • fruitareaal, glasareaal, landbouwareaal, verspreidingsareaal
Afgeleide begrippen
  • areaalheffing
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord areaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
75 %van de Nederlanders;
65 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.