afzonderlijk
Nederlands
Woordafbreking
- af·zon·der·lijk
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘op zichzelf staande’ voor het eerst aangetroffen in 1650 [1]
- Naamwoord van handeling van afzonderen met het achtervoegsel -lijk
stellend | |
---|---|
onverbogen | afzonderlijk |
verbogen | afzonderlijke |
partitief | afzonderlijks |
Bijvoeglijk naamwoord
afzonderlijk
- op zichzelf staand
- The Hitchhikers guide to the galaxy bestaat nu uit 6 afzonderlijke delen.
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord afzonderlijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'afzonderlijk' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.