absurd

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  absurd    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɑpsʏrt/
Woordafbreking
  • ab·surd
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen absurdabsurderabsurdst
verbogen absurdeabsurdereabsurdste
partitief absurdsabsurders-
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans of Latijn, in de betekenis van ‘ongerijmd’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1548 [1]

Bijvoeglijk naamwoord

absurd

  1. erg onlogisch, belachelijk
    • Dat is een absurde uitspraak die u doet, meneer. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord absurd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.