aaseter
Nederlands
Woordafbreking
- aas·eter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aas en eter
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aaseter | aaseters |
verkleinwoord | aasetertje | aasetertjes |
Zelfstandig naamwoord
aaseter m
- (dierkunde) een dier dat zich met kadavers voedt
- De reebok werd in het kader van het project Ruimte voor aaseters in de natuur neergelegd. Kadavers zijn schaars, schrijven de deelnemende natuurorganisaties op hun website. Aangereden wild wordt vaak vernietigd en ook in natuurgebieden worden dode dieren opgeruimd. Door verkeersslachtoffers terug te plaatsen, hopen de organisaties dat grote aaseters weer terugkeren in de natuur. [1]
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord aaseter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'aaseter' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- NRC Lucas Brouwers 13 maart 2012
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.