aanvechten
Nederlands
Woordafbreking
- aan·vech·ten
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aan vz en vechten ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aanvechten |
vocht aan |
aangevochten |
klasse 3 | volledig |
Werkwoord
aanvechten
- overgankelijk betwisten
- Hij vocht het oordeel aan bij de rechter.
- De student vocht de onvoldoende die hij gekregen had aan bij de examencommissie.
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord aanvechten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'aanvechten' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.