aanheffen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanheffen    (hulp, bestand)
  • IPA: /'anˌhɛfə(n)/
Woordafbreking
  • aan·hef·fen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanheffen
hief aan
aangeheven
klasse 7 volledig

Werkwoord

aanheffen

  1. beginnen.
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

aanheffen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aanhef

Gangbaarheid

  • Het woord aanheffen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.