aaneenkoppelen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·een·kop·pe·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aaneenkoppelen
koppelde aaneen
aaneengekoppeld
zwak -d volledig

Werkwoord

aaneenkoppelen

  1. overgankelijk tot een nieuw geheel samenkoppelen
    • Het aaneenkoppelen van aminozuren tot eiwitverbindingen. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'aaneenkoppelen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.