aanaardploeg

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·aard·ploeg
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanaardploeg aanaardploegen
verkleinwoord aanaardploegje aanaardploegjes

Zelfstandig naamwoord

aanaardploeg [1]

  1. (landbouw) (gereedschap) Apparaat, werktuig of gereedschap
  2. Gereedschap
  3. Landbouwwerktuig
Synoniemen
  1. aanaarder

Gangbaarheid

  • Het woord 'aanaardploeg' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.