-noom
Nederlands
Huidig bestand |
---|
13 |
Woordafbreking
- -noom
Achtervoegsel
-noom [1]
- m ter vorming van zelfstandig naamwoorden die te maken hebben met deskundigen op een bepaald gebied (aangegeven door -nomie)
- m ter vorming van zelfstandig naamwoorden die een apparaat aangeven betrekking hebbend op het grondwoord zoals metronoom
- bijvoeglijk naamwoorden zoals autonoom, heteronoom
- m zelfstandig gebruik van bijvoeglijk naamwoorden zoals polynoom
- voor woorden die te maken hebben met gezwellen zie -oom
Hyponiemen
- socionoom
Gangbaarheid
- Het woord '-noom' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.