polynoom
Nederlands
Woordafbreking
- po·ly·noom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | polynoom | polynomen |
verkleinwoord | polynoompje | polynoompjes |
Zelfstandig naamwoord
polynoom m
- (wiskunde) veelterm
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | polynoom | polynomer | meest polynoom |
verbogen | polynome | polynomere | meest polynome |
Hyponiemen
- Chebyshev-polynoom, Hermite-polynoom, Lagrange-polynoom, Laguerre-polynoom
Verwante begrippen
- veeltermring
Gangbaarheid
- Het woord polynoom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'polynoom' herkend door:
78 % | van de Nederlanders; |
70 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.