Luminantie

De luminantie (Engels: luminance, Duits: Leuchtdichte) is de fotometrische maat voor helderheid, namelijk de lichtsterkte per oppervlakte-eenheid loodrecht op de kijkrichting. Hoewel het een eigenschap is van de lichtbron zelf, is het tevens de helderheid die een waarnemer ervaart, en wel onafhankelijk van zijn afstand tot de lichtbron (mits geen licht onderweg geabsorbeerd wordt): bij vergroting van de afstand tot een lichtbron wordt slechts de ruimtehoek kleiner, niet de luminantie. Het maakt ook niet uit of we het oppervlak waarop we de lichtsterkte per oppervlakte-eenheid bekijken bij de lichtbron, bij de waarnemer of ergens tussenin nemen.

Luminantie
(cd/m2)
Zonneschijf ’s middags1,6 · 109
Witte led50·106
Gloeidraad halogeenlamp20…30 · 106
Zonneschijf aan de horizon6 · 106
Matte gloeilamp 60 W120 · 103
Koudwitte tl-buis T811 · 103
Gemiddelde heldere hemel8 · 103
Led-reclamescherm5 · 103
Maanoppervlak2,5 · 103
Gemiddelde bedekte hemel2 · 103
Tft-scherm witca. 150...500
Kathodestraalbuis witca. 80...200
Gele elektroluminescente lichtbron60
Groene elektroluminescente lichtbron30
Tft-scherm zwartca. 0,15...0,8
Nachtelijke hemel bij volle maan0,1
Kathodestraalbuis zwartdeels < 0,01
Nachtelijke sterrenhemel1 · 10−3
Bewolkte nachtelijke hemel1…100 · 10−6

Een lichtbron met een gegeven lichtsterkte lijkt helderder naarmate het oppervlak kleiner is. De luminantie beschrijft de helderheid van grotere lichtgevende oppervlakken. Voor de beschrijving van de helderheid van kleine of puntvormige lichtbronnen zijn daarentegen de lichtsterkte en de verlichtingssterkte meer geschikt.

De SI-eenheid is candela per vierkante meter (cd/m2).

Definitie

Als het stralend oppervlak niet vlak is of niet onder een rechte hoek wordt gezien, wordt de projectie ervan loodrecht op de kijkrichting genomen (hoek θ):

Bij een Lambertstraler, bijvoorbeeld een zwarte straler, en bij de reflectie van licht op een Lambertoppervlak, geldt de wet van Lambert: de lichtsterkte is evenredig met dezelfde cosinus als in de formule, waardoor die wegvalt. Zo'n lichtbron heeft dus in elke richting dezelfde luminantie. De luminantie van een zwarte straler hangt alleen van de temperatuur af, niet van de grootte of de afstand.

SituatieLuminantiebereik[1]
(cd/m2)
scotopisch zicht (nacht)3 · 10−6 tot 3...30 · 10−3
mesopisch zicht3…30 · 10−3 tot 3...30 · 10−6
fotopisch zicht (dag)meer dan 3...30
kegeltjesverzadiging
(verblinding)
105...106

Wegwijzer lichtgrootheden en -eenheden

naam (symbool)
(Engelse term)
definitieeenheidomrekening
Lichtsterkte (Iv)
(luminous intensity)
candela (cd)
Lichtstroom (Φ)
(luminous flux)
lumen (lm)
Specifieke lichtstroom
(of lichtrendement) (η, Φs)
(luminous efficacy)
lm/W
Verlichtingssterkte: (E)
(illuminance)
lux (lx)
Luminantie (L)
(luminance)
Lichtenergie (Qv)
(luminous energy)
lumenseconde (lm⋅s)
Ruimtehoek (Ω)
(solid angle)
steradiaal (sr)

Zie ook

Literatuur

  • Ubert, C.G.A.A.: Cursus verlichtingstechniek; PBNA
  • Hans R. Ris: Beleuchtungstechnik für Praktiker. 2. Auflage, VDE-Verlag GmbH, Berlin-Offenbach 1997, ISBN 3-8007-2163-5.
  • Günter Springer: Fachkunde Elektrotechnik. 18. Auflage, Verlag Europa-Lehrmittel, Wuppertal 1989, ISBN 3-8085-3018-9.
  • Wilhelm Gerster: Moderne Beleuchtungssysteme für drinnen und draussen. Compact Verlag, München 1997, ISBN 3-8174-2395-0.
  • Horst Stöcker: Taschenbuch der Physik. 4. Auflage, Verlag Harry Deutsch, Frankfurt am Main 2000, ISBN 3-8171-1628-4.

Noten en referenties

  1. Deze waarden variëren van persoon tot persoon en hangen bovendien af van de golflengte van het licht.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.