Logement van Amsterdam

Het Logement van Amsterdam is een gebouw aan de oostzijde van het Plein in Den Haag. Het werd in 1737 gebouwd. Het wordt ook wel het Huis van Amsterdam genoemd.

Logement van Amsterdam
Locatie
LocatiePlein 23, Den Haag
Coördinaten52° 5 NB, 4° 19 OL
Status en tijdlijn
Oorspr. functielogement
Huidig gebruikkantoren Tweede Kamer
Bouw gereed1737
Verbouwing2003
Architectuur
BouwstijlLodewijk XIV stijl
Erkenning
Monumentstatusrijksmonument
Monumentnummer17884
Detailkaart

Portaal    Civiele techniek en bouwkunde

Voorgeschiedenis

Verschillende steden hadden sinds de 16de eeuw een logement in Den Haag waar hun afgevaardigden tijdens hun bezoek aan het Binnenhof konden verblijven. Amsterdam huurde eerst enkele kamers aan de Plaats, vlak bij de Gevangenpoort, waardoor zij het Binnenhof konden binnengaan. Later huurden zij kamers in de Hoogstraat, aan de Lange Vijverberg en in de Lange Houtstraat. In 1618 kon Amsterdam zich een pand aan het Plein veroorloven, waar voorheen de moestuin van de Graven van Holland was. Hier was toen ook al het oude Logement van Rotterdam, op de hoek van de Lange Poten. In 1676 en 1718 werden de panden naast het logement bijgekocht.

Bouw

Wegens de slechte bouwkundige staat werd in 1735 tot nieuwbouw besloten. De twee panden samengevoegd tot het huidige, dat zijn twee hoofdingangen behield. Het linker pand was bestemd voor het Amsterdams lid van de Gecommitteerde Raad, het rechter pand was groter en daar was het Gewestelijk- en het Landsbestuur gevestigd. De twee tuinen bleven gescheiden en achterin stonden koetshuizen. Boven in de voorgevel is een groot wapen van Amsterdam geplaatst. De 24 bouwtekeningen bevinden zich in het Stadsarchief Amsterdam.

Verhuur

Na de beëindiging van de Republiek der Zeven Verenigde Provinciën in 1795 verloor het logement haar functie. Het gebouw werd enige tijd verhuurd, eerst als onderkomen voor de Burgers Representanten en het Uitvoerend Bewind van de nieuwe Bataafse Republiek. Onder Lodewijk Napoleon werd het gebruikt door de Raad van Oorlog en van 1811 tot eind 1812 door het Tribunaal van de Eerste Instantie van het arrondissement Den Haag.

Het stadsbestuur van Amsterdam gaf op 22 december 1812 opdracht de gebouwen op te knappen zodat ze opnieuw verhuurd konden worden. Op aanraden van Adriaan Noorderdorp moesten eerst in 1813 de panden eerst wind- en waterdicht gemaakt worden, daarna zou het interieur aan de beurt komen. De begroting van het restauratieplan werd door Noorderdorp in maart ingeleverd en bedroeg 10.000 gulden. Twee dagen later werd bekendgemaakt dat Wilhelmina van Pruisen er wilde wonen, en reeds in november 1814 haar intrek wilde nemen. De bouwtekeningen werden herzien. Op 22 augustus werd de verbouwing gestart hoewel de structurele restauratie nog niet had plaatsgevonden.

Na 1849 werd het gebouw gebruikt door het Algemeen Rijksarchief. Vanaf 1912 was het ministerie van Buitenlandse Zaken in het gebouw gevestigd tot 1984. Daarna (en tot 1997) bood het pand huisvesting aan de Rijksdienst Beeldende Kunst. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het gebouw het hoofdkantoor van Arthur Seyss-Inquart.

Huidig gebruik

De Dienst in het nieuwbouwgedeelte naast de enquetezaal, door Martijn Engelbregt

Tussen 1999 en 2003 is het pand gerestaureerd en daarna door de Tweede Kamer in gebruik genomen. Hierbij is het depot en dienstgebouw van het Algemeen Rijksarchief aan het gebouw verbonden en is op het binnenterrein een zaal gebouwd voor parlementaire enquêtes, verbonden door een nieuw gebouw ontworpen door Erik Knippers met een centrale ingang op Lange Houtstraat 1 grenzend aan Plein 23[1]. Het nieuwe gebouw heeft de naam het Logement gekregen. Het gebouw is in 2006 voorzien van kunstwerken geselecteerd in een project van kunstenaar Martijn Engelbregt[2].

Zie de categorie Logement van Amsterdam van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.