Grote icosaëder
Een grote icosaëder is in de meetkunde een van de vier kepler-poinsot-lichamen.
Grote icosaëder
| ||||
Schläfli-symbool | {3,5/2} | |||
Symmetriegroep | Ih | |||
Eigenschappen | concaaf deltaëder uniform | |||
Kern | dodecaëder | |||
Euler-karakteristiek | 2 | |||
Duale vorm | grote sterdodecaëder | |||
|
Grote icosaëder gezien als normaal veelvlak
| ||||
Vlakken | 180 | |||
Hoekpunten | 92 | |||
Ribben | 270 | |||
Zijvlakken per hoekpunt | 10, 12 of 3 | |||
Ribben per zijvlak | 3 | |||
|
Grote icosaëder gezien als zelfdoorsnijdend veelvlak
| ||||
Vlakken | 20 | |||
Hoekpunten | 12 | |||
Ribben | 30 | |||
Zijvlakken per hoekpunt | 5 | |||
Ribben per zijvlak | 3 | |||
Eigenschappen | hoekpunttransitief, ribbetransitief en zijvlaktransitief | |||
|
Een grote icosaëder wordt uitgaande van een kleine sterdodecaëder geconstrueerd. Tussen de 12 hoekpunten van een kleine sterdodecaëder kunnen 20 verschillende gelijkzijdige driehoeken worden gelegd. Deze 20 gelijkzijdige driehoeken vormen de begrenzing van de grote icosaëder. Het lichaam is daarom deltaëder. Het is tevens uniform.
In de vorm van de grote icosaëder is ook die van een kleine sterdodecaëder te herkennen. Van deze kleine sterdodecaëder bestaan de zijvlakken uit gelijkbenige driehoeken. In de grote icosaëder wijken deze gelijkbenige driehoeken naar binnen en worden door drie nieuwe, kleinere driehoeken vervangen. Deze nieuwe driehoeken liggen allen op een van de 20 driehoeken .
De 12 verschillende hoekpunten van een grote icosaëder liggen op een dodecaëder, op een regelmatig twaalfvlak.
De Euler-karakteristiek van een grote icosaëder is 2, zowel gezien als zelfdoorsnijdend veelvlak als gezien als normaal veelvlak. Het duale veelvlak van de grote icosaëder is de grote sterdodecaëder, met dezelfde Euler-karakteristiek.
Websites
- (en) MathWorld. Great Icosahedron