Exceptionalisme

Exceptionalisme is de overtuiging dat een groep of institutie buitengewoon of exceptioneel is in vergelijking met omringende groepen. De groep kan een land, cultuur, wetgeving, beweging, ideologie of periode zijn, maar ook de mens tegenover andere dieren en de Aarde tegenover het heelal. Het buitengewone karakter kan gebruikt worden om een uitzonderingspositie te verdedigen. Het staat dan tegenover universalisme dat juist stelt dat er geen uitzonderingsposities zijn.

De vaststelling van exceptionalisme kan een objectieve beoordeling zijn doordat er inderdaad sprake is van uitzonderlijke kenmerken. Veelal wordt het exceptionalisme dan extern bevestigd vanuit een outgroup.

De overtuiging van exceptionalisme kan echter ook voortkomen uit een behoefte aan zelfbevestiging als het de eigen groep of ingroup betreft. In dat geval wordt het een ideologie. In extremere gevallen kan exceptionalisme dan worden gebruikt om een exclusivistisch idee van superioriteit te onderbouwen en uitsluiting van andere groepen te rechtvaardigen.

Landen

De bijzondere kenmerken van een land komen onder meer naar voren bij Amerikaans exceptionalisme. De Franse filosoof Tocqueville noemde Amerika al vanaf 1831 exceptioneel vanwege de ontstaansgeschiedenis en de Amerikaanse Revolutie waaruit democratie met vrijheid en gelijkheid als belangrijke waardes naar voren kwamen. Het was toentertijd het enige grote democratische land. Ook het ondernemersklimaat wordt veelal genoemd als onderdeel van het Amerikaans exceptionalisme en de nadruk op kansengelijkheid in plaats van uitkomstengelijkheid. Dat de Verenigde Staten enkele buitengewone kenmerken heeft, wordt vrij algemeen aanvaard, al is er onenigheid over wat die kenmerken exact zijn en in welke mate die buitengewoon zijn.

In veel andere landen wordt op basis van de nationale geschiedschrijving het eigen land een buitengewone positie toebedeeld. Gedurende de negentiende eeuw trad dit steeds meer op als onderdeel van de staats- en natievorming die een reactie was op de sterke onderlinge concurrentiestrijd tussen de West-Europese staten. De toename was dusdanig sterk dat er wel van universeel exceptionalisme wordt gesproken, de paradox dat ieder land zichzelf buitengewoon vindt. In extreme vorm was daarbij sprake van nationalistische geschiedschrijving waarbij een teleologische benadering de huidige staat als onontkoombaar eindpunt ziet.

In veel landen heeft het idee in een bijzonder land te leven vaderlandsliefde of patriottisme tot gevolg. In extreme vorm is er sprake van chauvinisme, waarbij het eigen land als superieur wordt gezien. Deze verschillende vormen zijn terug te vinden bij verschillende vormen nationalisme. Staatsnationalisme is daarbij de vorm waarbij staatsburgerschap en identificatie met de staat het uitgangspunt zijn. Voor immigranten geldt dus dat zij opgenomen kunnen worden, mits er sprake is van acculturatie waarbij er sprake is van enige vorm van aanpassing, dan wel integratie, dan wel assimilatie.

Volken

Waar landen als buitengewoon kunnen worden gezien, geldt dit ook voor volken. In het geval van natiestaten kan dit samenvallen, maar dit is niet altijd het geval. Volken kunnen - terecht of onterecht - een reputatie opbouwen door onder meer militair, cultureel of economisch overwicht. Zo hebben de Gurkha en kozakken een reputatie van militaire kracht, terwijl de cultuur van het oude Griekenland veelal geroemd wordt. Ook het handelsnetwerk van de stadstaten van Fenicië wordt als buitengewoon beschouwd. Beschavingen als het oude Egypte, Babylonië in het oude Nabije Oosten, het oude China en het oude Griekenland hebben al lang een buitengewone reputatie.

Ook het tegenovergestelde vindt plaats, waarbij het buitengewone de veronderstelde minderwaardigheid van andere volkeren betreft, al in de Oudheid als barbaarsheid bestempeld. Dit veronderstelde exceptionalisme dat als uitgangspunt dient om de eigen superioriteit te benadrukken, is onder meer terug te vinden in het sinocentrisme en eurocentrisme.

Het veronderstelde exceptionalisme van de eigen cultuur vormde de basis tot het cultuurnationalisme in het begin van de negentiende eeuw in het nog niet verenigde Duitsland. Aangezien dit nog geen eenheidsstaat was, kon zich geen staatsnationalisme vormen zoals in Frankrijk. Waar het Franse nationalisme vooral gebaseerd was op de verlichting, had het Duitse nationalisme haar wortels in de romantiek.

Naast het cultuurnationalisme ontstond ook het etnisch nationalisme dat zich baseert op een gedeelde etniciteit. In extreme vorm kan dit een basis worden voor racistisch nationalisme, wat terug te vinden is in het nationaalsocialisme.

Ideologieën

Hoewel exceptionalisme zelf een ideologie kan worden in geval van zelfbevestiging, moeten aanhangers van een ideologie deze veelal als buitengewoon beschouwen om deze te blijven volgen. Dit geldt bij politieke ideologieën, maar ook bij religie. Zodra het onderscheidende element verdwijnt, neemt de kans toe dat andere ideologieën aantrekkelijker worden, of dat de behoefte aan een ideologie vermindert. Religieus exclusivisme is dan ook bij verschillende godsdiensten terug te vinden.

Internationaal recht

Ook binnen het internationaal recht is er sprake van exceptionalisme. Hoewel de Verenigde Staten een cruciale rol hebben gespeeld bij de totstandkoming van de Verenigde Naties en andere internationale organisaties, vertoont het hier ambivalent gedrag. Zo zet het meer dan enig ander land in op de bevordering van de rechten van de mens, maar heeft het de belangrijkste verdragen op dat gebied nauwelijks geratificeerd en schendt het deze rechten met enige regelmaat.

Dit komt echter niet noodzakelijk voort uit het exceptionalisme dat landen zichzelf toedichten, maar is eerder het nastreven van eigenbelang. Het succes daarvan is mede afhankelijk van de hegemonie van de betrokken landen. Daarbij hoeft geen sprake te zijn van exemptionalisme waarbij een land zich vrijstelt van internationaal recht, maar kan het de eigen waardes en normen als universeel beschouwen en daarmee internationaal willen opleggen.

Periodes

Er worden ook wel buitengewone periodes onderscheiden, regelmatig aangeduid als gouden eeuw, zoals de Gouden Eeuw in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Veelal betreft dit een economische voorspoed, zoals de eerste dertig jaar na de Tweede Wereldoorlog, ook wel trente glorieuses genoemd. De voorspoed kan gepaard gaan met een culturele opleving, wat bijdraagt aan het exceptionele karakter. Deze periodes worden regelmatig gebruikt om nationalistische tendensen te versterken.

Geocentrisme

In het geocentrisme werd gesteld dat de Aarde het centrum van het universum is. Het idee dat de Aarde een buitengewone plaats inneemt in het heelal bleef in het Westen gangbaar tot het copernicaanse principe naar Nicolaas Copernicus wijdverbreid raakte. Aanvankelijk werd hierbij het geocentrisme vervangen door het heliocentrisme, maar tegenwoordig wordt ook de Zon niet meer gezien als een buitengewone ster.

Antropocentrisme

Bij antropocentrisme wordt de mens als buitengewone soort beschouwd en daarbij vooral de menselijke geest. Dit beeld van een dualisme tussen lichaam en geest kwam onder druk te staan met de evolutietheorie van Charles Darwin. Volgens het middelmatigheidsprincipe is het onwaarschijnlijk dat al het leven op Aarde zich wel heeft voltrokken volgens het principe van de evolutie, maar dat de menselijke geest zich hieraan onttrokken heeft. Het middelmatigheidsprincipe wekt de nodige weerstand op bij diegenen die de mens als exceptioneel zien en sterk afwijkend van andere dieren, wat geldt voor zowel religie als een deel van de wetenschap. Voor wetenschappers die zowel de evolutietheorie aanhangen als het exceptionalisme, ontstaat het probleem van Wallace. Daarnaast geldt het lichaam-geestprobleem door de afwezigheid van een empirisch identificeerbaar ontmoetingspunt tussen de niet-fysieke geest en het fysieke lichaam.

In activistische zin wordt wel van speciesisme gesproken als op basis van menselijk exceptionalisme dieren bepaalde rechten worden ontzegd die mensen wel krijgen.

Gender

In het geval van gender kan exceptionalisme zich uiten als androcentrisme, waarbij de man als maatstaf geldt, en gynocentrisme, waarbij de vrouw de norm is. Het onderscheidt zich van andere vormen van sociaal exceptionalisme doordat de twee groepen elkaar nodig hebben om als samenleving te overleven.

Persoonlijk

Persoonlijk exceptionalisme is het idee dat de eigen identiteit uniek is.

Literatuur

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.