Europees kampioenschap wegrace

Het Europees kampioenschap wegrace is het Europese kampioenschap voor motorrijders in de wegrace.

Het kampioenschap werd in 1924 door de Fédération Internationale des Clubs Motocyclistes (FICM) in het leven geroepen op aandringen van een aantal Europese motorsportbonden.

Voorgeschiedenis

In de eerste twee decennia van de 20e eeuw was de motorsport steeds meer gestructureerd. De FICM was als overkoepelende, internationale bond al in 1904 opgericht, maar had nog niet vaak daadkrachtig opgetreden als het om het samenvoegen van nationale bonden en het vaststellen van wedstrijdreglementen ging. Dat was ook moeilijk omdat de ontwikkelingen van de techniek zeker in de beginjaren zó snel gingen, dat een klasse-indeling meestal sneller te realiseren was door de wedstrijdorganisatie zélf. Ooit was er de Trophée International geweest, een landenwedstrijd die door valsspelerij, protesten en diskwalificaties al snel verleden tijd was, zeker toen de Britten vanaf 1907 hun Isle of Man TT gingen organiseren. Die groeide al snel uit tot de belangrijkste wedstrijd ter wereld. Het gebrek aan circuits zorgde ervoor dat vooral in Italië lange-afstandsraces tussen steden georganiseerd werden en veel andere wedstrijden waren alleen van nationaal belang. Na de Eerste Wereldoorlog waren Duitsland en Oostenrijk-Hongarije op aandrang van de Britten korte tijd geroyeerd als leden van de FICM. De motorsport groeide en er ontstond een wildgroei aan kleine, onbelangrijke wedstrijden met allemaal eigen regels. De Tourist Trophy had inmiddels een duidelijk reglement naar cilinderinhoud, dat steeds meer invoering vond in de rest van Europa.

Grand Prix des Nations

Er werden in die tijd al veel Grands Prix georganiseerd; In Frankrijk waren er twee, georganiseerd door twee verschillende bonden, en verder waren er Grands Prix in België, Groot-Brittannië, Italië en Noord-Ierland. Dit waren allemaal van elkaar los staande wedstrijden waarbij alleen de dagoverwinning telde. Veruit de meest aansprekende wedstrijd was de Tourist Trophy op het eiland Man. De Britten waren daar nauwelijks te verslaan, niet alleen omdat ze de beste motorfietsen hadden, maar ook vanwege hun circuitkennis. De Snaefell Mountain Course was 60 km lang en naast Brooklands het enige circuit dat de Britten hadden. Daarom kenden de Britse coureurs de baan vrij goed, terwijl rijders van het vasteland in de weinige trainingen nauwelijk kans hadden het goed te leren kennen. Ze moesten tot 1926 zelfs door het gewone verkeer door laveren, want de baan werd voor de training niet afgesloten. Door dat alles konden Britse merken adverteren met hun overwinningen op Man, terwijl de merken van het vasteland het van minder aansprekende resultaten moesten hebben. In 1922 nam de FICM enkele daadkrachtige besluiten: Elk land dat daarom vroeg mocht één Grand Prix organiseren en er werd één grote Europese race in het leven geroepen: de Grand Prix des Nations die op het nieuwe Autodromo Nazionale in Monza gereden werd. Er waren twee klassen: 500- en 1.000 cc. In 1923 volgde men al de regels van de TT van Man en werd het 350 cc (zoals in de Junior TT) en 500 cc (zoals in de Senior TT). De Britten bleven ook op het vasteland wedstrijden winnen, door de superioriteit van hun motorfietsen, maar in Italië waren intussen ook grote rijders en merken in opkomst, gesteund door de Partito Nazionale Fascista.

Europees kampioenschap

1924-1939

In 1924 stelde de FICM een Europees kampioenschap in. Hoewel veel nationale bonden toen al voorstander waren van een puntensysteem gebaseerd op een aantal gewonnen wedstrijden, besloot de FICM een eendagswedstrijd te bombarderen tot kampioensrace en dat werd uitgerekend de Grand Prix des Nations in Monza. Monza was toen al een hogesnelheidscircuit en dat was niet het specialisme van de Britse rijders. Alec Bennett had het hele seizoen gedomineerd in de Grands Prix, maar in Monza moest hij de eer in de 500 cc klasse laten aan Guido Mentasti met de Moto Guzzi C4V. De Belg Maurice van Geert werd Europees kampioen in de 250 cc klasse met een Rush-Blackburne en Jimmie Simpson won met zijn AJS de eerste 350 cc titel. Er kwam meteen kritiek op deze wedstrijd op een snel maar vlak circuit, omdat men vond dat de beste Europese coureur zich moest bewijzen op een meer geaccidenteerd parcours. Daarom besloot de FICM één maand na de wedstrijd het Europees kampioenschap weer op te heffen. Maar iets beters kon men ook niet verzinnen, en daarom werd alleen de naam veranderd: FICM Grand Prix. In 1925 bleef alles bij het oude: de wedstrijd werd weer in Monza verreden. Wél werd de 175 cc klasse toegevoegd, die als Ultra-Lightweight TT op Man bestond. Zo bleef nog een jaar de Grand Prix des Nations tevens de wedstrijd om de Europese titel, maar vanaf 1926 ging men steeds een andere Grand Prix aanwijzen voor deze wedstrijd. In 1927 werden ook de 750- en de 1.000 cc klassen toegevoegd. In 1928 kwam de 125 cc klasse, en liefst drie zijspanklassen: 350-, 600- en 1.000 cc. De 750- en de 1.000 cc soloklassen waren weer verdwenen. In 1929 was de 125 cc klasse weer afgevoerd, net als de 1.000 cc zijspannen. In 1930, 1931 en 1932 reed men de 175-, 250-, 350- en 500 cc klassen. In 1933 verdween de 175 cc klasse voor één jaar, in 1934 was ze terug en in 1935 weer weg. In 1936 kwam ze weer terug, maar niemand bereikte de finish, waardoor het aannemelijk is dat er ook erg weinig deelnemers waren. In 1938 verdween de 175 cc klasse voorgoed. Vanaf dat jaar werd de Europese titel ook vastgesteld met een puntentelling voor meerdere Grands Prix van het jaar. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was 1939 voorlopig het laatste jaar dat het kampioenschap werd bestreden. In 1937 werden de zijspannen nog één keer toegevoegd in 600- en 1.000 cc uitvoering, daarna verdwenen ook zij.

1947-1948

De Tweede Wereldoorlog maakte een einde aan alle motorsport in Europa. Bovendien werden daarna voorlopig de asmogendheden uitgesloten van internationale evenementen, inclusief de wegrace. Pas in 1947 werd het Europees kampioenschap weer opgestart, maar het duurde slechts twee jaar. In 1949 voerde de Fédération Internationale de Motocyclisme het Wereldkampioenschap wegrace in, waardoor er voorlopig geen behoefte was aan een Europese titel.

1981-heden

In 1981 werd het Europees kampioenschap nieuw leven ingeblazen, omdat het wereldkampioenschap alleen plaats bood aan (semi-)professionele coureurs en werd gedomineerd door fabrieksrijders en fabrieksracers. De beginnende, jonge coureurs en de liefhebbers hadden geen internationaal podium meer, maar de Japanse fabrikanten boden een uitgebreid scala aan productieracers aan, waarmee op een behoorlijk niveau gereden kon worden. In de loop van de jaren werden steeds nieuwe klassen toegevoegd en weer verwijderd.

In 2008 werd de opzet van het kampioenschap gewijzigd. Waar voorheen het kampioenschap over meerdere races werd verreden, werd het door de UEM georganiseerde kampioenschap als een eendaagse wedstrijd opgezet en werd er gereden in de klassen 125GP, Supersport en Superstock 1000.[1] Het evenement vindt sindsdien jaarlijks plaats op het Circuito de Albacete in Spanje.

Lijst van Europese kampioenen

Guido Mentasti werd de eerste Europese 500 cc kampioen met deze Moto Guzzi C4V (Corsa Quattro Valvole)
Motosacoche 1000 cc zijspanracer (ca. 1925)
DKW 175 cc uit 1925
Sunbeam M90 (500 cc racer) uit 1928
Velocette KSS 350 cc racer uit 1933
500 cc Husqvarna uit 1934
Norton Manx uit 1937

1924-1937

EditieJaarWedstrijdCircuitKlasseKampioen
1. 1924 3e Grand Prix des Nations /
1e Europees kampioenschap
Monza 250 cc Maurice van Geert (Rush-Blackburne)
350 cc Jimmie Simpson (AJS)
500 cc Guido Mentasti (Moto Guzzi)
2. 1925 4e Grand Prix des Nations/
2e. Europees kampioenschap
Monza 175 cc Mario Vaga (Maffeis-Blackburne)
250 cc Jock Porter (New Gerrard)
350 cc Tazio Nuvolari (Bianchi)
500 cc Mario Revelli (GR-JAP)
3. 1926 6e Grand Prix van België/
3e Europees kampioenschap
Spa-Francorchamps 175 cc René Milhoux (Ready-Blackburne)
250 cc Jock Porter (New Gerrard)
350 cc Frank Longman (AJS)
500 cc Jimmie Simpson (AJS)
4. 1927 3e Grand Prix van Duitsland /
4e Europees kampioenschap
Nürburgring 175 cc Willy Henkelmann (DKW)
250 cc Cecil Ashby (OK Supreme)
350 cc Jimmie Simpson (AJS)
500 cc Graham Walker (Sunbeam)
750 cc Josef Stelzer (BMW)
1000 cc Josef Giggenbach (Bayerland-JAP)
5. 1928 5e Grand Prix van Zwitserland /
5e Europees kampioenschap
Circuit de Meyrin, Genève 125 cc Paul Lehmann (Moser)
175 cc Alfredo Panella (Ladetto & Blatto)
250 cc Cecil Ashby (OK Supreme)
350 cc Wal Handley (Motosacoche)
500 cc Wal Handley (Motosacoche)
Zijspannen 350 cc Syd Crabtree / ? (Excelsior)

(alleen Crabtree en de Zwitser Pfister bereikten de finish)

Zijspannen 600 cc Edgar d'Eternod / ? (Sunbeam)
Zijspannen 1000 ccgeen deelnemer haalde de finish
6. 1929 6e Europees kampioenschap L'Ametlla del Vallès,
Spanje
175 cc Josef Klein (DKW)
250 cc Frank Longman (OK Supreme)
350 cc Leo Davenport (AJS)
500 cc Percy "Tim" Hunt (Norton)
Zijspannen 350 cc Freddie Hicks / ? (Velocette)
Zijspannen 600 cc Dennis Mansell / ? (Norton)
7. 1930 10e Grand Prix van België /
7e Europees kampioenschap
Spa-Francorchamps 175 cc Yvan Goor (DKW)
250 cc Syd Crabtree (Excelsior)
350 cc Ernie Nott (Rudge)
500 cc Henry Tyrell-Smith (Rudge)
8. 1931 12e Grand Prix van Frankrijk /
8e Europees kampioenschap
Montlhéry 175 cc Eric Fernihough (Excelsior)
250 cc Graham Walker (Rudge)
350 cc Ernie Nott (Rudge)
500 cc Percy "Tim" Hunt (Norton)
9. 1932 11e Grand Prix des Nations /
9e. Europees kampioenschap
Pista del Littorio, Rome 175 cc Carlo Baschieri (Benelli)
250 cc Riccardo Brusi (Moto Guzzi)
350 cc Louis Jeannin (Jonghi)
500 cc Piero Taruffi (Norton)
10. 1933 9e Grand Prix van Zweden /
10e Europees kampioenschap
Saxtorp 250 cc Charlie Dodson (New Imperial)
350 cc Jimmie Simpson (Norton)
500 cc Gunnar Kalén (Husqvarna)
11. 1934 10e Dutch TT /
11e. Europees kampioenschap
Assen 175 cc Yvan Goor (Benelli)
250 cc Walfried Winkler (DKW)
350 cc Jimmie Simpson (Norton)
500 cc Pol Demeuter (FN)
12. 1935 14e Ulster Grand Prix /
12e Europees kampioenschap
Clady Circuit, County Antrim 250 cc Arthur Geiss (DKW)
350 cc Wal Handley (Velocette)
500 cc Jimmie Guthrie (Norton)
13. 1936 11e Grand Prix van Duitsland/
13e Europees kampioenschap
Badberg-Viereck 175 ccgeen deelnemer haalde de finish
250 cc Henry Tyrell-Smith (Excelsior)
350 cc Freddie Frith (Norton)
500 cc Jimmie Guthrie (Norton)
14. 1937 13e Grand Prix van Zwitserland /
14e Europees kampioenschap
Bremgarten 250 cc Omobono Tenni (Moto Guzzi)
350 cc Jimmie Guthrie (Norton)
500 cc Jimmie Guthrie (Norton)
Zijspannen 600 cc Karl Braun / Ernst Badsching (DKW)
Zijspannen 1000 cc Hans Schumann / Julius Beer (DKW)

1938-1939

BMW RS 500 compressorracer uit 1938
EditieJaarKlasseKampioen
15. 1938 250 cc Ewald Kluge (DKW)
350 cc Ted Mellors (Velocette)
500 cc Schorsch Meier (BMW)
16. 1939 250 cc Ewald Kluge (DKW)
350 cc Heiner Fleischmann (DKW)
500 cc Dorino Serafini (Gilera)

1947-1948

EditieJaarWedstrijdCircuitKlasseKampioen
17. 1947 17e Grand Prix van Zwitserland /
17e Europees kampioenschap
Bremgarten 250 cc Bruno Francisci (Moto Guzzi)
350 cc Fergus Anderson (Velocette)
500 cc Omobono Tenni (Moto Guzzi)
Zijspannen 600 cc Luigi Cavanna / Paolo Cavanna (Moto Guzzi)
18. 1948 20e Ulster Grand Prix /
18e Europees kampioenschap
Clady Circuit, County Antrim 250 cc Maurice Cann (Moto Guzzi)
350 cc Freddie Frith (Velocette)
500 cc Enrico Lorenzetti (Moto Guzzi)

1981-2007

Suzuki RG 500 productieracer uit 1979
Derbi 80 cc uit 1988
JaarKlasseKampioen
1981 50 cc Giuseppe Ascareggi (Minarelli)
125 cc Pierluigi Aldrovandi (MBA)
250 cc Herbert Hauf (Honda)
500 cc Leandro Becheroni (Suzuki)
Zijspannen John Barker / John Brushwood (Yamaha)
1982 50 cc Zdranko Matulja (Tomos)
125 cc Stefano Caracchi (MBA)
250 cc Reinhold Roth (FKN-Yamaha)
500 cc Fabio Biliotti (Suzuki)
Zijspannen Mick Barton / Nick Cutmore (Yamaha)
1983 80 cc Hubert Abold (Zündapp)
125 cc Willi Hupperich (MBA)
250 cc Carlos Cardús (Cobas-Rotax)
500 cc Peter Sköld (Suzuki)
Zijspannen Keith Cousins / Phil Hookham (Yamaha)
1984 80 cc Richard Bay (Rupp-Maico)
125 cc Norbert Peschke (MBA)
250 cc Gary Noel (Exactweld Yamaha)
500 cc Eero Hyvärinen (Suzuki)
Zijspannen Hans-Rüdi Christinat / Markus Fährni (LCR-Yamaha)
1985 80 cc Günter Schirnhofer (Rupp-Maico)
125 cc Pierfrancesco Chili (MBA)
250 cc Massimo Matteoni (Honda)
500 cc Marco Gentile (Yamaha)
Zijspannen Frank Wrathall / Phil Spendlove en Kerry Chapman (Seymaz-Yamaha)
1986 80 cc Bruno Casanova (Unimoto)
125 cc Claudio Macciotta (MBA)
250 cc Hans Lindner (Rotax)
500 cc Massimo Messere (Honda)
Zijspannen Bernd Scherer / Wolfgang Gess (BSR-Yamaha)
1987 80 cc Julián Miralles (Derbi)
125 cc Adi Stadler (MBA)
250 cc Javier Cardelus (Cobas-Rotax)
500 cc Manfred Fischer (Honda)
Zijspannen Jean-Louis Millet / Claude Debroux (Seymaz-Yamaha)
1988 80 cc Bogdan Nikolov (Krauser)
125 cc Emilio Cuppini (Garelli)
250 cc Fausto Ricci (Yamaha / Aprilia)
500 cc Alberto Rota (Honda)
Zijspannen Tony Wyssen / Kilian Wyssen (LCR-Yamaha)
1989 80 cc Jaime Mariano (Casal)
125 cc Gabriele Debbia (Aprilia)
250 cc Andrea Borgonovo (Aprilia)
500 cc Peter Lindén (Honda)
Zijspannen Ralph Bohnhorst / Thomas Böttcher (LCR-Schuberth)
1990 125 cc Javier Debon (JJ Cobas-Rotax)
250 cc Leon van der Heijden (Aprilia)
Supersport Howard Selby (Yamaha)
Superbike Richard Arnaiz (Honda)
Zijspannen Darren Dixon / Sean Dixon (Yamaha)
1991 125 cc Oliver Koch (Honda)
250 cc Max Biaggi (Aprilia)
Supersport Luis d’Antin (Honda)
Superbike Davide Tardozzi (Ducati)
Zijspannen Jukka Lauslehto / Sakari Palojärvi (LCR-Krauser)
1992 125 cc Juan Borja (Honda)
250 cc Luis Carlos Maurel (Aprilia)
Supersport Stefan Scheschowitsch (Honda)
Superbike Daniel Amatriaín (Ducati)
Zijspannen Gary Knight / Malcolm Jackson (Windle-Krauser)
1993 125 cc Stefano Perugini (Aprilia)
250 cc Giuseppe Fiorillo (Aprilia)
Supersport Michaël Paquay (Honda)
Superbike Terry Rymer (Yamaha)
Zijspannen Kieron Kavanagh / Ian Stapleton en Mike Finnegan (LCR-Krauser)
1994 125 cc Ivan Cremonini (Honda)
250 cc Régis Laconi (Yamaha)
Supersport Yves Briguet (Honda)
Superbike Anders Rasmussen (Yamaha)
Zijspannen André Vögeli / Hansueli Wickli (LCR-Yamaha)
1995 125 cc Lucio Cecchinello (Honda)
250 cc Luca Boscoscuro (Aprilia)
Supersport Michaël Paquay (Ducati)
Superbike Mario Innamorati (Ducati)
Thunderbike Trophy Udo Mark (Kawasaki)
Zijspannen Walter Galbiati / Guido Sala (LCR-Suzuki)
1996 125 cc Jorge Martínez (Aprilia)
250 cc Sebastián Porto (Aprilia)
Supersport Fabrizio Pirovano (Ducati)
Superbike Idalio Gavira (Honda)
Supermono Takashi Minoda (Over-Yamaha)
Thunderbike Trophy William Costes (Honda)
Zijspannen Walter Galbiati / Guido Sala (LCR-Suzuki)
1997 125 cc Arnaud Vincent (Aprilia)
250 cc Davide Bulega (Aprilia)
Supersport Angelo Conti (Ducati)
Superbike Udo Mark (Suzuki)
Supermono Makoto Suzuki (Over-Yamaha)
Zijspannen Walter Galbiati / Guido Sala (LCR-Suzuki)
1998 125 cc Max Sabbatani (Aprilia)
250 cc Alex Hofmann (Honda)
Supersport Jan Hansson (Honda)
Supermono Katja Poensgen (BMR-Suzuki)
Zijspannen Jörg Steinhausen / Frank Schmidt (LCR-Suzuki)
1999 125 cc Klaus Nöhles (Honda)
250 cc Ivan Clementi (Aprilia)
Supersport Sébastien le Grelle (Suzuki)
Superstock 1000 Karl Harris (Suzuki)
Supermono Per Olov Ogeborn (UNO-GDM-Rotax)
Zijspannen Wim Verweijmeren / Koen Kruip (LCR-Suzuki)
2000 125 cc Diego Giugovaz (Aprilia)
250 cc Riccardo Chiarello (Aprilia)
Supersport Augustín Escobar (Honda)
Superstock 1000 James Ellison (Honda)
Supermono Spencer Cook (Slipstream-MZ)
Zijspannen Jock Skene / Mick Skene en Neil Miller (LCR-Suzuki)
2001 125 cc Andrea Dovizioso (Aprilia)
250 cc David Garcia (Honda)
Supersport Alessandro Corradi (Yamaha)
Superstock 1000 James Ellison (Suzuki)
Supermono Steve Marlow (Pami-GRC-BMW)
Zijspannen Uwe Göttlich / Mike Helbig (LCR-Suzuki)
2002 125 cc Marco Simoncelli (Aprilia)
250 cc Álvaro Molina (Yamaha)
Supersport Kai-Børre Andersen (Yamaha)
Superstock 1000 Vittorio Iannuzzo (Suzuki)
Supermono Mark Lawes (Gallina-Suzuki)
Zijspannen Duncan Hendry / Steve Wilson (Windle-Suzuki)
2003 125 cc Mattia Angeloni (Honda)
250 cc Taro Sekiguchi (Yamaha)
Supersport Matteo Baiocco (Yamaha)
Superstock 1000 Michel Fabrizio (Suzuki)
Supermono Benny Jerzenbeck (Pami-GRC-BMW)
Zijspannen Tero Manninen / Pekka Kuismanen (LCR-Kawasaki)
2004 125 cc Michele Pirro (Aprilia)
250 cc Álvaro Molina (Aprilia)
Supersport Tatu Lauslehto (Honda)
Superstock 1000 Lorenzo Alfonsi (Suzuki)
Supermono Benny Jerzenbeck (Pami-GRC-BMW)
Zijspannen Gary Knight / Dan Knight (LCR-Suzuki)
2005 125 cc Michele Conti (Honda)
250 cc Álvaro Molina (Aprilia)
Supersport Gilles Boccolini (Kawasaki)
Superstock 600 (UEM-Cup) Luka Nedog (Honda)
Superstock 600 Claudio Corti (Yamaha)
Supermono Benny Jerzenbeck (Pami-GRC-BMW)
600 cc (Dames) Alessia Polita (Suzuki)
1000 cc (Dames) Samuela De Nardi (Aprilia)
Zijspannen Allan Schofield / Steve Thomas (LCR-Suzuki)
Zijspan-Europacup Allan Schofield / Steve Thomas (LCR-Suzuki)
2006 125 cc Philipp Eitzinger (Honda)
250 cc Álvaro Molina (Aprilia)
Supersport Diego Giugovaz (Yamaha)
Superstock 600 (UEM-Cup) Mitja Emili (Yamaha)
Superstock 600 Xavier Siméon (Suzuki)
Supermono Mark Lawes (Pami-GRC-BMW)
600 cc (Dames) Chiara Valentini (Ducati)
1000 cc (Dames) Paola Cazzola (Ducati)
Zijspan-Europacup Roger Lovelock / Rick Lawrence (LCR-Suzuki)
Zijspan-Europacup (F2-Challenge) Tony Baker / Fiona Baker-Milligan en Jimmy White (Baker-Yamaha)
2007 125 cc Alen Györfi (Honda)
250 cc Álvaro Molina (Aprilia)
Supersport Guglielmo Tarizzo (Honda)
Superstock 600 (UEM-Cup) Helge Spjeldnes (Yamaha)
Superstock 600 Maxime Berger (Yamaha)
Superstock 1000 (UEM-Cup) Fabrizio Pellizzon (Ducati)
Supermono Mark Lawes (Pami-GRC-BMW)
600 cc (Dames) Iris ten Katen (Honda)
1000 cc (Dames) Nina Prinz (Ducati)
Zijspan-Europacup Ken Knapton / Jason Miller (Baker-Suzuki)
Zijspan-Europacup (F2-Challenge) John Holden / Andrew Winkle (LCR-Suzuki)
Classic 250 cc (UEM-Cup) Eric Saul / Andrew Winkle (Yamaha)
Classic 350 cc (UEM-Cup) Jean-Paul Lecointe / Andrew Winkle (Yamaha)

Vanaf 2008

Jaar Klasse / Coureur / Merk Klasse / Coureur / Merk Klasse / Coureur / Merk
2008 125 cc
Lorenzo Savadori (Aprilia)
Supersport
Angel Rodriguez (Yamaha)
Superstock 1000
Carmelo Morales (Yamaha)
2009 125 cc
Marcel Schrötter (Honda)
Supersport
Kevin Coghlan (Honda)
Superstock 1000
Carmelo Morales (Yamaha)
2010 125 cc
Maverick Viñales (Aprilia)
Supersport
Carmelo Morales (Yamaha)
Superstock 1000
Santiago Barragán (Honda)
2011 125 cc
Romano Fenati (Aprilia)
Supersport
Jordi Torres (Yamaha)
Superstock 1000
Ivan Silva (Kawasaki)
2012 Moto3/125 cc[2]
Matteo Ferrari (Honda)
Supersport
Jordi Torres (Yamaha)
Superstock 1000
Carmelo Morales (Kawasaki)
2013 Moto3
Karel Hanika (KTM)
Supersport 600
Román Ramos (Kawasaki)
Superstock 1000
Javier Forés (Ducati)

Bronnen

Referenties

  1. UEM Road-Racing European Championship Albacete 2008 preview, UEM, geraadpleegd op 4 oktober 2012
  2. 2012 UEM Road Racing European Championship Regulations, UEM, geraadpleegd op 8 oktober 2012
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.