Baron (titel)

Baron is een adellijke titel. Het vrouwelijke equivalent is barones. In rangorde van de Belgische en Nederlandse adel staat de baronnentitel boven erfridder en onder die van burggraaf.

Etymologie

Het woord baron is overgenomen uit het Oudfrans (baron), dat op zijn beurt weer was afgeleid van het Laat- of Middeleeuws Latijnse woord baro dat "vrij man; soldaat" betekent (het wordt in deze betekenis gebruikt in de Salische Wet; in de Lex Alamannorum wordt hiervoor het woord barus gebruikt).[1] Isidorus van Sevilla dacht in de 7e eeuw dat het woord was afgeleid van het Griekse βαρύς ("zwaar" (omwille van het "zware werk" dat door huurlingen werd gedaan),[2] maar het woord is vermoedelijk van Oudfrankische origine,[1] verwant met het Oudengelse beorn dat "strijder, edelman" betekent. Cornutus vermeldt in de 1e eeuw reeds het woord baro/barones waarvan hij meende dat het van Gallische origine was.[3]

Titel baron vanaf 1814

De titel wordt tussen de voornamen en de geslachtsnaam geplaatst (zonder hoofdletter om verwarring tussen achternaam en titel te voorkomen).

De titel baron komt in Nederland en België op twee manieren voor: "op allen" en "met het recht op eerstgeboorte".

In het eerste geval heeft ieder lid van de betreffende adellijke familie (dat wil zeggen iedere afstammeling, mannelijk of vrouwelijk, in mannelijke lijn) recht op de titel baron of barones.

In het tweede geval wordt de titel vererfd in Salische lijn. Dat wil zeggen dat de oudste mannelijke afstammeling van de eerste drager van de titel zich baron mag noemen. De rest is dan dus titelloos en draagt het predicaat jonkheer of jonkvrouw. Overerving op eerstgeboorte komt vooral voor bij families die in de adelstand verheven zijn. Overgang op allen komt voor bij geslachten die ooit ingelijfd of erkend zijn. In de laatste categorie valt bijvoorbeeld de familie De Smeth, die al in de achttiende eeuw door tsarina Catharina de Grote van Rusland tot Russisch rijksbaron werd verheven en nadien in Nederland werd erkend. Overerving op allen komt voor bij alle oude adellijke families in Nederland, de zogenaamde pre-napoleontische adel.

In Duitsland wordt het woord baron uitsluitend gebruikt als aanspreektitel van een Freiherr, de Duitse titel die het equivalent is van de titel baron. Enkele Baltisch-Duitse families voeren de titel nochtans ook in de geschreven familienaam (voornaam Freiherr von familienaam), namelijk wanneer hun titulatuur destijds door de Russische tsaar (dat wil zeggen voor 1917) werd erkend.

Rangkroon in België en Nederland

Volgens een besluit uit 1817 van koning Willem I der Nederlanden hebben baronnen in Nederland én (later ook) België het recht om boven hun familieschild een rangkroon te voeren die bestaat uit een gouden ring met edelstenen, met daarop zeven parels op gouden punten.

Onder het Oostenrijkse bestuur werd aan de baronnen in het tegenwoordige België meestal een soort van kroon toegewezen, die men het beste een baronnenbaret zou kunnen noemen, namelijk een gouden ring, waaruit een roodfluwelen muts oprees, omgeven door halve cirkels van goud met edelstenen in de tussenruimte en bezet met parels. Tussen deze baretten kon onderling nog allerlei verschillen bestaan. Soms worden wapens in België afgebeeld met zo'n baronnenbaret.

Baron in de heraldiek

In alliantiewapens worden beide echtelieden, de femme en de baron genoemd.[4]

Zie ook

Literatuur

  • Stephen Slater, "The complete book of Heraldry" London 2002
Zie de categorie Barons van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.