zwerveling
Nederlands
Woordafbreking
- zwer·ve·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwerveling | zwervelingen |
verkleinwoord | zwervelinkje | zwervelinkjes |
Zelfstandig naamwoord
zwerveling m
- iemand die zwerft
- Een vluchteling en een zwerveling zult gij op de aarde zijn.[2]
Gangbaarheid
- Het woord zwerveling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zwerveling' herkend door:
74 % | van de Nederlanders; |
75 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.