zigeuner

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zi·geu·ner
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zigeuner zigeuners
verkleinwoord zigeunertje zigeunertjes

Zelfstandig naamwoord

zigeuner m

  1. iemand die behoort tot de Sinti of Roma
    • De benaming "zigeuner" wordt door de betrokkenen vaak als beledigend ervaren. 
  1. iemand die ervoor kiest een zwervend bestaan te leiden
    • Zijn leventje als zigeuner kwam ten einde en hij begon serieus aan zijn carriere te denken. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord zigeuner staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.