zwak af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwak af    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈzwɑk ˈɑf/
Woordafbreking
  • zwak af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afzwakken

zwak (…) af

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzwakken
    • Ik zwak af. 
  2. gebiedende wijs van afzwakken
    • Zwak af! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzwakken
    • Zwak je af? 

Gangbaarheid

  • Het woord zwak af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.