zeebad

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zeeĀ·bad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zeebad zeebaden
verkleinwoord zeebadje zeebadjes

Zelfstandig naamwoord

zeebad o

  1. het zich baden in zee
    • Wel is het waar, dat vele gezonde vrouwen het zeebad gedurende het menstruatietijdperk zonder eenig nadeel nemen; [...].[1] 
  1. een plaats aan zee waar men zich baden kan
    • Scheveningen is al heel lang een zeebad. 

Gangbaarheid

  • Het woord zeebad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. blz 65 Nederlands tijdschrift voor geneeskunde Volume 11.
    "Over de toepassing der zeebadkuur bij ziektevormen van menstruatie en zwangerschap." Dr P.M Mess.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.