zakenrecht
Nederlands
Woordafbreking
- za·ken·recht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zaak en recht met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zakenrecht | zakenrechten |
verkleinwoord | zakenrechtje | zakenrechtjes |
Zelfstandig naamwoord
zakenrecht o [1]
- (juridisch) geheel van rechtsregels met betrekking tot zaken en zakelijke rechten grotendeels vervat in het tweede boek van het Burgerlijk Wetboek
Gangbaarheid
- Het woord 'zakenrecht' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.