zakenkantoor

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • za·ken·kan·toor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zakenkantoor zakenkantoren
verkleinwoord zakenkantoortje zakenkantoortjes

Zelfstandig naamwoord

zakenkantoor o

  1. een gebouw dat bedoeld is om een organisatie te huisvesten, die diensten verleent in verzekeringen of bankzaken
    • Hier was vroeger een zakenkantoor. 

Gangbaarheid

  • Het woord zakenkantoor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.