zakduit

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zak·duit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zakduit zakduiten
verkleinwoord zakduitje zakduitjes

Zelfstandig naamwoord

zakduit v/m

  1. een vrij kleine hoeveelheid geld, bedoeld op zak te hebben voor kleine uitgaven
    • Daar heb je een aardige zakduit aan. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'zakduit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.