zaadhandel
Nederlands
Woordafbreking
- zaad·han·del
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zaad en handel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zaadhandel | zaadhandels |
verkleinwoord | zaadhandeltje | zaadhandeltjes |
Zelfstandig naamwoord
zaadhandel m
- een onderneming die handelt drijft in zaden
- De zaadhandel was gevestigd aan de rand van het dorp.
- het kopen en verkopen van zaden
- De zaadhandel liep voorspoedig.
Gangbaarheid
- Het woord zaadhandel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.