witwasser
Nederlands
Woordafbreking
- wit·was·ser
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wit bn en wasser zn
- Naamwoord van handeling van witwassen met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | witwasser | witwassers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
witwasser m
- iemand die ervoor zorgt dat crimineel geld gebruikt kan worden in de niet criminele wereld
- Voormalig vastgoedman Jan-Dirk Paarlberg, veroordeeld witwasser van door Willem Holleeder afgeperste gelden, is bankroet.[1]
- ,,Deze zaak stamt uit 2014 en 2015. Toen was het allemaal nog niet zo helder als nu. De zaak moet met de bril van toen bekeken worden”, aldus advocaat Peter Plasman in een bevlogen betoog. De verdachten zouden specifiek voor de bitcointransacties niet als witwassers veroordeeld kunnen worden.[2]
Gangbaarheid
- Het woord witwasser staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'witwasser' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- de Telegraaf 30 jan. 2018
- de Telegraaf THEO BESTEMAN 29 jan. 2018
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.