weldenkendheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wel·den·kend·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord weldenkendheid
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

weldenkendheid v [1]

  1. het redelijke denken
    • Als de waanzin zich in zijn vreemdste gedaanten uitdost, is het aangenaam om terug te denken aan die kleine man uit Hengelo, die laatst zo maar, onaangekondigd, voor even pardoes de redactievloer kwam oplopen. Een baken van rust en redelijkheid, van warmte en weldenkendheid. [2] 
    • En nu zat hier het denkend deel der natie bijeen in het tv-programma Pauw. Er zweemde om Pauws lippen een verzaligde glimlach van louter redelijke weldenkendheid. De Rede boog zich hier met minzame welwillendheid over het Reservaat der Siouxindianen: de Biblebelt. [3] 
Synoniemen
  • verstandigheid
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord weldenkendheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.