webmaster
Nederlands
Woordafbreking
- web·mas·ter
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘iemand die een website onderhoudt’ voor het eerst aangetroffen in 1996 [1]
- Leenwoord uit het Engels.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | webmaster | webmasters |
verkleinwoord | webmastertje | webmastertjes |
Zelfstandig naamwoord
webmaster m
- (beroep) (informatica) iemand die een website ontwerpt en/of beheert
- Indien u een fout op de website gevonden heeft, dient u de webmaster hierover te berichten.
Vertalingen
1. iemand die een website ontwerpt en/of beheert
Gangbaarheid
- Het woord webmaster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'webmaster' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.