vraagprijs

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vraag·prijs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vraagprijs vraagprijzen
verkleinwoord vraagprijsje vraagprijsjes

Zelfstandig naamwoord

vraagprijs m

  1. het bedrag dat door de verkoper gevraagd wordt
    • Op de Turkse bazar zat een heel groot verschil tussen de vraagprijs en de aanbodprijs 

Gangbaarheid

  • Het woord vraagprijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.