vogelgezang
Nederlands
Woordafbreking
- vo·gel·ge·zang
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vogel en gezang
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vogelgezang | vogelgezangen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
vogelgezang o
- het zingen van vogels
- Het vogelgezang klonk door het bos.
Gangbaarheid
- Het woord vogelgezang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.