vislijn

Een vislijn met meerdere haken waaraan aas zit.
Het net zit met vislijnen (1) aan het schip vast.

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vislijn    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvɪslɛin/
Woordafbreking
  • vis·lijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vislijn vislijnen
verkleinwoord vislijntje vislijntjes

Zelfstandig naamwoord

vislijn m/v

  1. (visserij) draad met daaraan een of meer haken bestemd om vis te vangen
  2. (visserij) touw dat een visnet met een vissersschip verbindt

Gangbaarheid

  • Het woord vislijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.