vinkennet
Nederlands
Woordafbreking
- vin·ken·net
Woordherkomst en -opbouw
- [1] samenstelling van vink zn en net zn met het invoegsel -en-
- [2] van het Deense 'finkenet' [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vinkennet | vinkennetten |
verkleinwoord | vinkennetje | vinkennetjes |
Zelfstandig naamwoord
vinkennet o [2]
- net waarmee men vinken kan vangen
- net van touwen langs de railing van een schip
Gangbaarheid
- Het woord 'vinkennet' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vinkennet' herkend door:
73 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.