vijandelijk

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vij·an·de·lijk
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van vijand met het achtervoegsel -lijk en met het invoegsel -e-.
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen vijandelijkvijandelijkervijandelijkst
verbogen vijandelijkevijandelijkerevijandelijkste
partitief vijandelijksvijandelijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

vijandelijk

  1. van de vijand
    • Het vijandelijk gebied. 
    • En daar staan we weer voor de strijd uitgerust, dacht Albert, klaar om het schavot te beklimmen (zo werd de ladder genoemd die ze gewoonlijk gebruikten om de loopgraaf uit te komen, over perspectief gesproken) en dan met het hoofd vooruit op de vijandelijke linies af te stormen. [1] 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vijandelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Lemaitre, Pierre "Tot ziens daarboven" 2014 ISBN 9789401601931 pagina 15
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.