videozaak

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vi·deo·zaak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord videozaak videozaken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

videozaak v/m

  1. winkel waar videoapparatuur wordt verkocht
    • De ondernemers in de Nieuwstraat hebben totaal geen hulp gehad van de gemeente. Dat stelde Hans Kleij van een audio- en videozaak in de winkelstraat dinsdag in de gemeenteraadsvergadering. [1] }
    • Onbekenden hebben maandagavond omstreeks 23.30 uur een ramkraak gepleegd bij een audio– en videozaak aan de Avenue Céramique in Maastricht. Dat heeft de politie dinsdag gemeld. [2] 
Verwante begrippen
  • radiozaak, electronicazaak

Gangbaarheid

  • Het woord videozaak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Tubantia 01-09-09 Ondernemer Nieuwstraat klaagt over gemeente
  2. Reformatorisch Dagblad 13-01-2009 Ramkraak bij audiowinkel in Maastricht
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.