verwoesten
Nederlands
Woordafbreking
- ver·woes·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verwoesten |
verwoestte |
verwoest |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
verwoesten
- overgankelijk totaal vernielen, niets intact laten
- Het noodweer verwoestte de ganse oogst.
Vertalingen
1. totaal vernielen
Gangbaarheid
- Het woord verwoesten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'verwoesten' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.