verkokeren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·ko·ke·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van koker met het voorvoegsel ver- en met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verkokeren
verkokerde
verkokerd
zwak -d volledig

Werkwoord

verkokeren

  1. onovergankelijk uiteenvallen in een aantal niet met elkaar communicerende delen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
  • verkokering

Gangbaarheid

  • Het woord verkokeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.