verkiezen
Nederlands
Woordafbreking
- ver·kie·zen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verkiezen |
verkoos |
verkozen verouderd: verkoren |
klasse 2 | volledig |
Werkwoord
verkiezen
- overgankelijk iemand door een stemming een ambt doen toekomen
- President Bush werd in 2000 maar op het nippertje verkozen.
Hyponiemen
- herverkiezen, uitverkiezen
Afgeleide begrippen
- verkiesbaar, verkieselijk, verkieslijk, verkiezing
Uitdrukkingen en gezegden
- Het hazepad (ver)kiezen
er vandoor gaan of vluchten
Vertalingen
1. iemand door een stemming een ambt doen toekomen
Gangbaarheid
- Het woord verkiezen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'verkiezen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.